Harry Koene

Mijn foto
Netherlands
Fietsfreak, mooi-weer fietser. Liefst bergop, maar op vlakke beter. Zelfbenoemd EPO-kenner

zaterdag 16 juni 2012

Advies aan Lance

Afgelopen week kregen Armstrong en zijn vroegere entourage (o.a. Bruyneel, Ferrari) een brief van de USADA (anti-doping agentschap in USA). Ze werden daarin beschuldigd van georganiseerd en langdurig gebruik  van EPO, bloedtransfusie, testosteron, corticosteroïden en groeihormoon. Meer dan 10 (ex-)renners zijn ooggetuige geweest van dope-gebruik en de organisatie daarvan. Interessant is dat het niet alleen gaat om vermeend gebruik tijdens zijn keizerlijke periode van 1999-2005, maar ook tijdens zijn comeback-periode in 2009 en 2010.

Armstrong reageerde zoals altijd, zijn mantra is slaapverwekkend: "ik ben de meest gecontroleerde sporter ter wereld en nog nooit positief bevonden". Dat het laatste onwaar is laten we maar even rusten. Volgens zijn advocaat is er sprake van een heksenjacht en zal de onschuld van Armstrong straks onomstotelijk vast staan.

Zouden er weldenkende mensen bestaan die Lance nog geloven? Het bewijs tegen hem is overweldigend. Zijn argument dat de USADA "iets beters te doen heeft" is lachwekkend. Wat zou de USADA beter moeten doen dan dopekonijnen opsporen? Zijn poging om slachtoffer te spelen ("waarom pikken ze alleen mij eruit?") is pathetisch. Vroegere ploegmaat Chris Horner nam het voor hem op door zich af te vragen of iemand wel schuldig kon zijn als er van de daad geen video beschikbaar was. Me dunkt dat je met zulke vrienden geen vijanden meer nodig hebt.

 Ik hoop voor Armstrong dat er mensen in zijn omgeving zijn die hem van verstandig advies kunnen voorzien. Mijn advies zou zijn om een 'come clean' strategie te volgen. In het verleden is dat zeer succesvol gebleken, zie Tiger Woods, Ivan Basso en vele anderen. Vraag of Oprah nog een keer terug wil komen, organiseer een uitzending op prime time en vertel met tranen in je ogen wat er gebeurd is. Leg de nadruk op het feit dat iedereen in die tijd doping gebruikte, zoals Tyler Hamilton ook deed. Leg uit dat je de afgelopen jaren door een hel bent gegaan. Neem al je gele truien mee en beloof ze terug te sturen aan de Tour-organisatie. Ik voorspel dat het volk je zal vergeven. Het oordeel zal zijn dat iedereen gebruikte en dat je van alle gebruikers de aller, allersterkste was. Je moet wel snel zijn. Als je te lang wacht zal je verder wegzakken tot een trieste figuur, die volstrekt ongeloofwaardig is. Van je Livestrong Foundation zal niets meer overblijven dan een occulte sekte.

Het zal me trouwens benieuwen wat de UCI gaat doen als Lance mijn advies opvolgt. Hieronder een plaatje van de top-10 Tourfinishers van afgelopen jaren (bron: Bicycling Magazine, mei 2011). De renners in de zwarte hokjes hebben een dopingverleden. Mijn ongevraagde advies aan de UCI zal overigens zijn om de gele truien per kerende post terug te sturen aan Armstrong en hem alsnog te feliciteren met zijn overwinningen. Geloofwaardige alternatieven zijn niet beschikbaar.




donderdag 7 juni 2012

Zwart Goud

Fransen kunnen een heleboel dingen erg goed, maar het maken van befietsbare wegen hoort daar niet bij. Zwak tot zeer zwak zou Johan Cruyff zeggen, gevraagd naar zijn mening over de Franse wegenbouw. Neem bijvoorbeeld de afdaling van de Col de la Croix de Fer. Gelukkig heet de weg Route d'Albiez le Jeune, want 'Rue' zou beledigend zijn geweest voor de meeste andere wegen in  Europa. Toen de Marmotte nog deze Col nog aandeed, ging het verhaal dat elke versie van deze cyclosportieve tocht tenminste een dodelijk slachtoffer maakte en altijd was dat op de Croix de Fer. Eind jaren 90 besloot ik tijdens de afdaling mijn fiets zo snel mogelijk tot stilstand te brengen, in verband smeltwater op de weg. Ik kwam tot stilstand tegen een muurtje van de tunnel. Wat verder in het dal had een andere deelnemer minder geluk. Tegenwoordig slaan de renners linksaf richting Glandon.

De Fransen zouden eens wat meer naar de Italianen moeten kijken. Daar is het bouwen van wegen verheven tot kunst. Strijkijzers worden gebruikt om het wegdek glad te krijgen en kleurexperts ingeschakeld om te garanderen dat het oppervlak pik- en pikzwart is. Heerlijk suizen, geen verassingen.

Gisteravond reed ik een rondje in de buurt van Amsterdam. Ik had de omgeving van de A2 bij Abcoude een tijdje gemeden omdat daar al jaren verbouwd werd, maar nu reed ik van Abcoude naar Ouderkerk, richting Ronde Hoep. Ik kreeg een traktatie. Wat een asfalt! Het stukje is maar een paar kilometer lang, maar wat een asfalt, mensen! Italiaanse toestanden: zwarter dan zwart, gladder dan glad.


maandag 4 juni 2012

Cobo, waar ben je?

Vorig jaar schreef ik een stukje over Juan Jose Cobo met betrekking tot zijn optreden in de Vuelta van 2011. De strekking was dat het op z'n zachtst gezegd opzienbarend was dat een wielrenner 'op leeftijd' met als beste prestatie een plek tussen de 10 en 20 in de Tour van 2007 vrij plotseling alles aan gort reed in de Vuelta. Critici vonden dat ik te snel oordeelde zonder afdoende bewijs.

Cobo wilde in 2011 eigenlijk stoppen met wielrennen. Hoe hij ook zijn best deed, veel beter werd hij de laatste jaren niet. Het verval had zich na 2007 ingezet. De twijfel begon eigenlijk al in 2006. Hij vreesde dat het wielerleven hem niet meer te bieden zou hebben dan een functie als gewaardeerde waterdrager. Eentje die in de bergen lang meekan, maar niet lang genoeg om een goede uitslag te rijden. In 2007 greep hij zijn kans. In het kielzog van renners als Piepoli en Ricco steeg Cobo naar ongekende hoogten. Een topjaar, hij zal genoten hebben. Piepoli en Ricco werden gepakt op CERA-gebruik en de ploeg werd opgeheven. Cobo slaakte een zucht van verlichting, maar had van zijn samenwerking met de twee Italianen wel heel veel geleerd. Na 2007 was alles weer bij het oude, Juan was weer wat hij altijd geweest was. Een gewaardeerde knecht. De prestaties bleven uit en in 2010 reed hij plichtmatig in het buikje van het peloton mee.

Het is goed, dacht Juan Jose. Het waren mooie jaren, maar spek en bonen lust ik niet. Hij overwoog een pensioen.

In de winter van 2010-2011 moet er iets gebeurd zijn. Nieuw elan! Nieuwe motivatie! Plotseling dacht Cobo: DIT-WORDT-MIJN-JAAR! Het jaar waarin ik de Vuelta ga winnen! Natuurlijk kan ik dat! Waarom niet?!

In de Vuelta was hij heer en meester. Met gemak reed hij de concurrentie op de Angliru uit het wiel. Sommigen dachten dat het aan zijn ATB-verzetje lag en Cobo liet het maar zo.


Het is 2012. Het regent. Het voorjaar is koud, te koud. Ook in Spanje kan er nog niet in korte broek worden getraind. Cobo zit vast aan zijn Movistar-contract. Met grote tegenzin heeft hij getekend, maar het beloofde salaris was te hoog om te weigeren. Van de ploegleiding moet het dit jaar in de Tour gebeuren. Gadverdamme, dacht Juan Jose. Die rot-Fransen met hun rotondes en dopingcontroles! Al dat krampachtige gedoe. En dan ook nog in een ploeg met Alejandro. Bah!

Ik ga vreselijk van Cobo genieten deze Tour. Zijn afscheidsronde. Hij zal het niet gaan maken in Frankrijk. Cobo is op. Hij rijdt op zijn tandvlees, wil het liefst naar huis. Toch zullen we zien dat hij een glimlach niet kan onderdrukken als hij in de grupetto de Tourmalet oprijdt. Zijn ontdekking was het pielverzetje. Hij is benieuwd met welk 'excuus' de winnaar in Parijs aankomt.