Harry Koene

Mijn foto
Netherlands
Fietsfreak, mooi-weer fietser. Liefst bergop, maar op vlakke beter. Zelfbenoemd EPO-kenner

woensdag 28 juli 2010

Het verschil tussen Robert Gesink en Thomas Dekker

Thomas Dekker was Neerlands Hoop in bange dagen. Toen hij de Ronde van Romandiƫ won waren velen in de overtuiging dat we nu eindelijk weer een potentiƫle Tourpodiumkandidaat in huis hadden. En dan niet een van het type Breukink, die bescheiden, bedachtzaam en rustig was. Nee, Thomas was flamboyant, overtuigd van eigen kunnen en niet bang voorspelling ten aanzien van zijn eigen presteren te doen. Zijn haar groeide en groeide, hij kocht een snelle auto en ging wonen in het prachtige Toscane. Geen wonder dat er geen chemie ontstond tussen ploegleider Breukink en (toen nog) meesterknecht Dekker. Dekker hoorde meer thuis in een Italiaanse ploeg, waar types als Di Luca en Ricco groot kunnen worden.

What goes up, must come down. Thomas viel hard op het spreekwoordelijke asfalt. Zijn optreden in Holland Sport vorig jaar was ontluisterend: hier zat een bange jongen, die opzichtig loog over zijn zogenaamd eenmalige EPO gebruik. Wilfried de Jong nam een licht kritische toon aan, maar kon niet verbloemen dat hij - net als wij - groot fan waren geweest en teleurgesteld waren dat we nu weer langer op wat internationale successen moesten wachten. Zijn vrienden gaven hem een goed advies: gewoon weer in Nederland komen wonen, hard trainen in kou en regen.

En toen was daar Robert Gesink! Hij was er natuurlijk al lang, maar hij kon uit Dekkers schaduw stappen. Gemillimeterd haar, geen snelle auto's, geen onbescheidenheid, maar vooral geen jankeballerigheid. Als Robert valt in zijn eerste Tour huilt hij niet voor de camera's, maar zegt dat het bij het vak hoort en dat zijn tijd nog komt. Wat zou Thomas Dekker gedaan hebben als hij in bronzen positie in de Vuelta zijn knie open haalt? Jammeren en afstappen. Gesink pakt het anders aan: op de tanden bijten, doorrijden en proberen top-10 te halen. In afgelopen Tour had Gesink het moeilijk: valpartijen, botbreuk, misplaatste solidariteit in peloton. Hij werd slechts zesde.

Thomas Dekker komt terug. Vanaf 1 juli 2011 mag hij weer fietsen. Een ploeg heeft hij nog niet, maar dat komt vast goed. Thomas staat op een tweesprong: kiezen voor Italiaanse weelde, leven in de Toscaanse zon en uitstekende begeleiding door de beste hematologen. Of terug naar de Noord-Europese modder na het uitspreken van een welgemeend mea culpa.

Mijn advies voor Thomas: vraag Robert wie zijn kapper is, duur kan het niet zijn!

Statistiek

"Het hele peloton is aan de doping!"

Zit ik te kijken naar een geweldige Alpenetappe, genietend van de strijd, het materiaal, de valpartijen, toch ook het commentaar van Ducrot en Dijkstra, krijg je weer deze gemeenplaats te horen. Het erge is, ik denk dat het waar is.

Nou, misschien niet het hele peloton. Er zijn ook zeer talentvolle renners, die bij de jeugd alles aan gort reden, alle prijzen pakten, zowel konden tijdrijden als klimmen, enzovoort enzovoort. Bij de profs wordt het niks. Knechten. Water halen, jasjes naar de ploegleidersauto brengen. De Pieter Weenings en Theo Eltinks, verstandige mannen die hard rijden, maar niet die allerlaatste stap willen zetten. Pieter Weening ging een tijd door het leven als toekomstige Tour-winnaar. Gevraagd naar waar het fout ging zei hij iets als: "ik wilde niet meedoen aan het medische verhaal".

Sommige knechten veranderen in kopmannen, mogelijk omdat ze tot het inzicht komen dat die laatste stap wel de moeite waard is. Bjarne Riis in 1997: "Ik heb nu een trainingsmethode ontdekt die mij veel verder gaat brengen. De precieze methode is geheim, maar ik zal veel harder rijden dan voorheen". Iedereen weet hoe dat afliep: met een Tour-overwinning en een hematocriet van 62%.

Hoeveel renners gebruiken doping? Onbekend natuurlijk. Ik heb nagekeken hoeveel renners in de top 5 van de Tours tussen 1995 en 2009 zijn gepakt op doping. Dat zijn er nogal wat: 22 van de 41! Dat is bijna 54%. Dan reken ik Escartin, die een trouwe klant van dr. Fuentes was, nog niet eens mee. Ook Frank Schleck, die een rekening van tienduizenden euro's aan Fuentes betaalde voor 'trainingsadvies' reken ik niet mee. Van de 8 winnaars zijn er 4 gepakt, waarbij lijkt te gelden dat de pakkans kleiner wordt als je meer dan eens de Tour wint: Indurain, Armstrong en Contador werden nooit positief bevonden. Van de eendagsvliegen werd alleen Sastre nooit gepakt.

Laatst las ik ergens dat de gevoeligheid van de EPO-test tussen de 10 en 20% ligt. Ik vraag me wel eens af: wat zou ik doen als ik zoveel talent had? Water halen of wat risico nemen?