Ik weet niet meer precies wanneer het was, maar het moet na 1980 zijn geweest. Joop Zoetemelk maakte een van de grootste inschattingsfouten van zijn leven door deel te nemen aan een soort TV-meerkamp. Het concept was best aardig: laat topsporters uit diverse disciplines allerlei sportdingetjes doen en kijk wie er wint. Daarbij ging het natuurlijk niet om wie het hardst kon fietsen. Nee, het ging meer om dingen uit de gymlessen van de lagere school, een soort apekooien voor volwassenen. Gepresenteerd door Mies Bouwman.
Joop was een wereldtopper en het Nederlandse publiek was trots na zijn Tour-overwinning, maar iedereen wist dat Joop niet zou winnen. Het was duidelijk dat wielrennen daarvoor teveel een beensport is.
Een van de onderdelen was touwklimmen. Niet Joops sterkste nummer. Ik kan de pogingen van Joop om van de grond te komen nog zo op mijn netvlies terughalen. Het publiek probeerde tevergeefs het leedvermaak te onderdrukken. Ik wenste Joop een slimmere manager toe.
De winter is voor de wielrenner in mij een lastige periode. Het hoeft van mijn niet elke dat 20 graden te zijn, maar om bij regen, sneeuw en wind op de fiets te stappen, als is het de ATB, vergt veel van mij. De Tacx is een redelijk alternatief, maar elke winter zoek ik naar prettigere mogelijkheden. Zo ook deze winter.
Sinds enige maanden basketbalt mijn zoon bij OSM '75 in Maarssen. Leuke club, relaxte sfeer. Tijdens een van de zijn eerste trainingen gooide ik wat balletjes. Lekker gevoel. Vroeger was ik een tamelijk fanatieke basketballer, maar studeren in Amsterdam bracht allerlei verleidingen met zich mee die nogal slecht combineerden met intensief sporten. Ik liet me nu gemakkelijk overhalen om eens mee te doen met een training van Heren 1. Zo erg zou het toch niet zijn, ik was toch in goede conditie?
Dinsdagavond om half 9 stond ik te trappelen, twee uur later strompelde ik meer dood dan levend van het veld. Uitgewoond, enkel verzwikt en brandende bovenbenen. Geweldige sport, maar ik was vergeten hoe intensief het is. Ik was ook het bestaan van nogal al wat spiergroepen in mijn boven- en onderbenen vergeten. De ochtend na de training kon ik niet opstaan. Bij alleen al de gedachte aan de trap sprongen de tranen in mijn ogen. Basketballen is niets voor wielrenners.
Mijn seizoen op de fiets is verloren. Dinsdagavond sta ik weer paraat.